Je kreeg een set aan mogelijke strategische opties, aanbevelingen van je team. Hoe maakt je daaruit een goede keuze? Link het speelveld met waar je weet te gaan winnen. Klinkt simpel, is het ook, maar is even wat werk. Maak het makkelijk. Lees verder.
Leestijd: 2 minuten. Nut: je strategische keuze proces van logica voorzien.
Roger Martin publiceerde in de Harvard Business Review een kort artikel naar aanleiding van zijn boek ‘Playing to Win’. De kern is een leuk plaatje, de strategische keuze cascade:

- Wat is ons winnende aspiratie?
- Waar gaan we spelen?
- Hoe gaan we winnen?
- Welke capaciteiten moeten we dan hebben?
- Welke managementsystemen hebben we nodig?
De essentie is een hechte combinatie te maken van Waar ga ik spelen? en Hoe kan ik winnen?
Je kan honderden plekken verzinnen waar de firma actief kan zijn of worden. Waar de firma kan spelen zijn vele speelvelden. Maar welke je moet kiezen wordt alleen bepaald door de vraag Hoe kan ik winnen? Want alleen als je die vraag kan beantwoorden voor een speelveld, dan is dat speelveld wat je moet kiezen.
Jip en Janneke: Je kan overal sporten gaan, tennis, voetbal, honkbal, zwemmen. Maar waar je gaat winnen bepaald waar je wil gaan sporten om een medaille te halen. Kan je beter zwemmen dan voetballen, dan ga je meedoen aan zwem wedstrijden.
Wat voorbeelden
Waar ga ik spelen? Microsoft dacht in de mobiele telefoon business.
Hoe kan ik winnen? Daarover was niet goed nagedacht. Dus verloor men.
Waar ga ik spelen? Hudson Bay dacht in Nederland op premium lokaties.
Hoe kan ik winnen? Niet goed over nagedacht.
Aanpak
Roger Martin schrijft dat de enige productieve, intelligente manier om slimme aanbevelingen te doen voor een strategische richting is goed te overwegen wat de ‘matched pairs’ zijn tussen Waar ga ik spelen en Hoe kan ik winnen keuzes.
Stap 1.
Maak een aantal (ik denk twee tot vier) voorstellen die een goede hechte match hebben. Die een sterk antwoord hebben zowel op de vraag Waar ga ik spelen? En Hoe kan ik winnen?
Stap 2. En vraag je dan af voor elke aanbeveling:
A. Kan ik de aanbeveling linken aan een inspirerende aantrekkelijke Winning Aspiratie.
B. Hebben we nu, of kunnen we dat bouwen, capaciteiten die nodig zijn om te winnen waar we willen spelen?
C. Kunnen we een managementsysteem creëren dat we dan nodig hebben om de benodigde capaciteiten te bouwen en te onderhouden?
Jip en Janneke taal: Welk spel kan ik spelen met het doel te winnen waar ik ook nog van weet hoe ik die moet winnen. Ga ik voetbal, tennis, honkbal of zwemmen? De beste match is zwemmen, daarvoor heb ik de winnende capaciteiten: ik ben lang, smal, sterk.
A: heb ik een aantrekkelijk, inspirerende Aspiratie hier te winnen? Ja, mijn moeder was kampioen zwemmen, dat wil ik ook halen.
B. Heb ik nu vaardigheden genoeg om een zwemwedstrijd te winnen? Niet helemaal, maar ik kan die bouwen door met gewichten te gaan trainen, elke ochtend te zwemmen etc.
C. Welke systemen kan ik inzetten om te controleren of ik goed bezig ben? De weegschaal zet ik in om mijn gewicht op peil te houden. Een set barrels met steeds andere gewichten. Een fitbit om mijn zwemslagen te tellen.
En mag wel/moet niet, nog een slag verder. Neem twee in je hoofd, maak er een derde van.
De schrijver heeft ook een ander werk geschreven ‘The Opposable Mind’, waarin die een pleidooi houdt dat leiders, de echte innovatoren, de vaardigheid hebben twee tegengestelde gedachte in hun hoofd kunnen houden en daaruit de krachten en zwakheden halen en die maken tot een derde optie.
Afsluiting – Winter is denktijd, wanneer heb je tijd?
Met een beetje geluk en tijd ga ik ook nog wat schrijven met de ‘Opposable Mind’ als leidraad. Prachtig natuurlijk, klinkt als Quantum computing in een hoofd: een atoom kan tegelijk op twee plekken zijn. De fysieke wereld snapt dat nog niet, mijn hoofd wel. Hoe zit dat bij jou? Een tijd om daarover mee verder te filosoferen? Hoe doe jij dat in je werk?
Rudolph
Eind oktober 2021
Meer leeswerk over Playing to win
Nog wat uit het boek in telegram stijl:
1. Roger Martin schrijft dat mensen over strategie denken in termen van:
Het is een visioen; Strategie is een plan; Dat het niet mogelijk is een langer termijn strategie te maken; Dat strategie een manier is om te optimaliseren of status quo vast te houden; Dat strategie is het volgen van best-practices.
2. Maar strategie is een kwestie van te willen winnen. En dan komen de vijf stappen die nodig zijn om te winnen.
3. Het argument is dat een set van goede besluiten de firma in de juiste positie brengt om te winnen en een voorsprong op de concurrenten te nemen. En het besluit moet uitdagend genoeg zijn om een commitment van het management te krijgen voor de keuze die gemaakt is en er met energie en betrokken manier achteraan te gaan.
4. En de besluiten zijn niet zoals algemeen gedacht achtereenvolgend: eerst weten waar te spelen en dan hoe te spelen. Neen, deze twee kan je niet los van mekaar zien of in een volgorde zetten.
5. En dat daarmee strategie maken een set van tactieken inzetten is. Het winnen door keuzes te maken die onderscheiden is wat senior management moet doen elke dag van de week.
Bron:
Roger L. Martin is a former dean of the Rotman School of Management at the University of Toronto and strategy adviser to CEOs. He is the coauthor of Playing to Win: How Strategy Really Works (Harvard Business Review Press, 2013).
In 2017 werd die uitgeroepen tot de nummer 1 management denker in de wereld door Thinkers50. Zie mijn artikel of Thinkers50 elders.